Weigering van verzoeken om euthanasie of hulp bij zelfdoding meestal gebaseerd op ingeschatte niet-ondraaglijkheid van het lijden, de beschikbaarheid van behandelalternatieven en de aanwezigheid van depressieve klachten

Onderzoek
I. Haverkate
B.D. Onwuteaka-Philipsen
A. van der Heide
P.J. Kostense
G. van der Wal
P.J. van der Maas
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2001;145:80-4
Abstract

Samenvatting

Doel

Het verwerven van inzicht in de kenmerken van gevallen waarin verzoeken om euthanasie of hulp bij zelfdoding werden geweigerd door de arts.

Opzet

Enquêteonderzoek, retrospectief en descriptief.

Methoden

Er werden interviews gehouden met 405 artsen (huisartsen, verpleeghuisartsen en klinisch specialisten) aan de hand van een semi-gestructureerde vragenlijst. De gevallen waarin het verzoek werd geweigerd werden vergeleken met de gevallen van inwilliging. Uitkomstmaten waren: patiëntkenmerken, redenen voor een verzoek om euthanasie of hulp bij zelfdoding, op de voorgrond staande klachten van de patiënt, redenen van artsen om het verzoek om euthanasie of hulp bij zelfdoding te weigeren en het voldoen aan de vastgestelde zorgvuldigheidseisen.

Resultaten

De respons bedroeg 89. Van de artsen weigerde 11 mee te werken, merendeels wegens tijdgebrek. Patiënten wier verzoek door de arts was geweigerd waren vaker vrouw, waren vaker van gevorderde leeftijd (≥ 80 jaar) en hadden een langere levensverwachting dan patiënten wier verzoek was ingewilligd. In de gevallen waarin een verzoek werd geweigerd, had 43 van de patiënten kanker, 16 had een ziekte van het zenuwstelsel en 13 had een psychiatrische stoornis. De corresponderende cijfers waren 86, 5 en 0 voor de gevallen waarin euthanasie of hulp bij zelfdoding daadwerkelijk had plaatsgevonden. De meest genoemde redenen om een verzoek te weigeren waren: het lijden was niet ondraaglijk (35), er waren nog behandelalternatieven (32) en de patiënt was depressief of had psychiatrische symptomen (31).

Conclusies

De inschatting door de arts dat het lijden niet ondraaglijk is, de beschikbaarheid van behandelalternatieven en de aanwezigheid van depressieve klachten of psychiatrische symptomen speelden een belangrijke rol bij de weigering van een verzoek om euthanasie of hulp bij zelfdoding. De vooronderstelling dat de uitvoering van euthanasie in Nederland vaak niet gerechtvaardigd zou zijn omdat het verzoek van de patiënt voortkomt uit een onderliggende depressie wordt niet bevestigd door de bevindingen van dit onderzoek.

Auteursinformatie

Vrije Universiteit, Faculteit der Geneeskunde, Van der Boechorststraat 7, 1081 BT Amsterdam.

Afd. Klinische Epidemiologie en Biostatistiek: dr.P.J.Kostense, statisticus.

Erasmus Universiteit, Instituut Maatschappelijke Gezondheidszorg, Rotterdam.

Mw.dr.A.van der Heide, arts-epidemioloog; prof.dr.P.J.van der Maas, sociaal-geneeskundige.

Contact Instituut voor Extramuraal Geneeskundig Onderzoek: mw.dr.I.Haverkate, psycholoog; mw.dr.B.D.Onwuteaka-Philipsen, gezondheidswetenschapper; prof.dr.G.van der Wal, sociaal-geneeskundige (i.haverkate.gpnh@med.vu)

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties