Wat je niet kent, herken je niet

Opinie
Joost P.H. Drenth
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2012;156:B837

artikel

Een bordje met bovenstaande tekst hing in de overdrachtszaal in Maastricht waar ik als student-assistent op de afdeling Cardiologie onderzoek deed. Met het vorderen van mijn studie werd me steeds meer duidelijk wat de werkelijke inhoud van deze uitspraak was. De basisgedachte is duidelijk: ken je de beginselen van het ecg niet, dan zul je ook niet de eerste tekenen van een hartinfarct op datzelfde hartfilmpje herkennen. Maar er is meer in de geneeskunde. In de spreekkamer doen we aan patroonherkenning, we combineren gegevens en proberen zo tot een werkdiagnose te komen. Hierbij hoort dat we ook die gegevens oppikken die afwijkend zijn en die we niet direct kunnen plaatsen. Dat maakt van een dokter een goede onderzoeker. Velen van u weten dat een aantal jaren geleden de Nobelprijs voor geneeskunde werd uitgereikt aan de ontdekker van Helicobacter pylori als oorzaak van maagzweren. Al vroeg in de 20e eeuw was het dokters opgevallen dat er zich bacteriën in de maag bevonden, maar steeds werd deze bevinding niet op waarde geschat. Pas toen een Australische dokter zichzelf besmette met deze bacterie, werd het verband met de maagzweer herkend. Nu ligt deze ontdekking al enige jaren achter ons en kunnen we met antibiotica dit beest de baas. Ook is de relatie met maagzweren alom bekend, maar toch blijkt H. pylori na al die jaren ons nog steeds te kunnen verrassen. In dit nummer schrijft collega Samson over 2 patiënten die bij laboratoriumonderzoek een wel heel laag aantal trombocyten hadden (A4799). In de klinische praktijk komt een laag trombocytengetal niet zelden voor. Nogal eens hebben deze patiënten levercirrose met een grote milt of komen we er met oriënterend hematologisch onderzoek wel uit. Maar dit was niet zo bij de beschreven patiënten uit deze klinische les. Toevallig werd een H. pylori-infectie vastgesteld en na behandeling met antibiotica steeg het trombocytengetal weer naar referentiewaarden. Over het hoe en waarom zijn de boeken niet gesloten, maar wel vind ik het een prachtig voorbeeld van scherpzinnig klinisch redeneren. De auteurs togen aan het werk met de klinische bevindingen en hebben gezocht naar een oorzaak door het deduceren en combineren van bevindingen. Natuurlijk, als je ‘trombocytopenie’ en ‘helicobacter’ intikt op Google, komt de associatie als vanzelf boven water. Maar je moet eerst deze gegevens als afwijkend herkennen. Met dat ene stapje extra voor je patiënt kun je het verschil maken. Dat vergt wel het overwinnen van ongeloof, net zoals die Australische dokter heeft gedaan. Blijf kijken en zoeken. In iedere praktijk komen praktijkparels langs, ze wachten alleen maar op herkenning, door u.

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties

 

Wat je niet kent, herken je niet, lijkt op het gezegde wat de boer niet kent, eet hij niet. Basiskennis van geneeskundige onderwerpen moet je hebben om bv een diagnose te kunnen stellen,zoals in uw voorbeeld ECG-kennis voor de diagnose hartinfarct.

Patroonherkenning, gegevens combinere,n is ook noodzakelijk voor een werkdiagnose.

Het interessante aan uw verhaal is dat een niet herkend afwijkend gegeven pas veel later erkenning kreeg. Goede ideeen kunnen verloren gaan, in ieder geval worden die niet of misschien later op hun waarde getest.Er zullen op deze wijze heel wat goede ideeen niet getoetst en/ of onderzocht worden.

Stelling: In de medische wereld moeten wetenschappers aangeboden goede ideeen onderzoeken naar hun waarde, niet dat de bedenkers ervan zelf moeten zoeken naar de juiste persoon om hun idee te laten onderzoeken.

Een centraal adres waar ideeen op medisch gebied beschermd gedeponeerd kunnen worden ,gevolgd door een persoonlijk gesprek, zal een uitkomst zijn. 

 

Ron Gabeler, gepensioneerd huisarts

 

Ik vind het idee van Dr Gabeler zo gek nog niet. Vele ideeen en waarnemingen borrelen op tijdens je werk of daarna. Je schrijft het vluchtig op en vaak begrijp je achteraf niet wat je precies bedoeld hebt of wat de aanleiding was om het op te schrijven. Een adres dat je snel kunnen hanteren om je idee(en) kwijt te kunnen, is daarvoor een remedie.

Reagerend op het artikel zelf, vallen me twee zaken op. Een spreuk die handelt over herkenning, wordt pas veel later herkent. Dat is op zich een punt om stil bij te staan. Herkenning vindt dus plaats wanneer je iets kunt herkennen. Daarom vind ik zelf een andere spreuk "beter", lees veiliger: wat je niet weet, doe je niet. Ontbreekt simpelweg de kennis, dan voer je de behandeling of beoordeling niet uit. Het risico is dus dat je iets denkt te weten.

Tot slot de Helicobacter. Niet geheel toevallig werd de Australische vondst (zonder afbreuk te willen doen) in de tijd vergezeld door de ontdekking van de H2 antagonisten (cimetidine) en later de protonpompremmers. Ik denk, maar weet het niet zeker, dat beide ontdekkingen met elkaar in verband gebracht moeten worden voor het resultaat: minder ulcera.

Wim van der Pol, ziekenhuisapotheker