Samenvatting
Nagegaan is in hoeverre het vóórkomen van kinkhoestklachten overeenstemt met positieve bevindingen bij laboratoriumdiagnostiek. Retrospectief werden gegevens bestudeerd van door de GG & GD Amsterdam op kinkhoest onderzochte personen (n = 422). In 194 gevallen vond bacteriologisch en in 329 serologisch onderzoek (IgA- en IgG-a-LPF) plaats. Bij 180 personen was het laboratoriumresultaat – kweekuitslag en (of) serologische uitslag – positief.
Tussen laboratoriumresultaten en klachten werd geen duidelijk verband gevonden. Een mogelijke verklaring hiervoor is, dat de kans op klachten samenhangt met de mate van immuniteit. Een hoge immuniteit zou dan bij infectie klachten moeten voorkómen, maar wel een immunorespons geven. Door welke oorzaak bij patiënten mèt klachten het resultaat van het laboratoriumonderzoek negatief is, is echter niet duidelijk. Ten opzichte van serodiagnostiek blijkt de factor leeftijd een verstorende variabele: bij ouderen is de kans op een positieve uitslag groter.
Bij het huidige gebruik van laboratoriumdiagnostiek voor het vaststellen van kinkhoest worden vraagtekens geplaatst. Nader onderzoek naar het verband tussen symptomen en bevindingen bij laboratoriumdiagnostiek wordt aanbevolen.
Reacties