Samenvatting
Artsen gebruiken vaak argumenten uit de epidemiologie in hun antwoord op de vraag hoe een patiënt door ziekte getroffen kon worden. Ze wijzen dan op risicofactoren, zoals levensstijl, dieet of genetica. Patiënten bouwen echter soms zeer gedetailleerde alternatieve verhalen over de oorzaken van ‘hun’ ziekte. In deze verhalen duikt bijvoorbeeld specifiek gedrag op, stress, het noodlot, of dingen die zij, of anderen, deden of nalieten. Dergelijke verhalen en overtuigingen zijn nuttig; er is aangetoond dat ze kunnen helpen bij het herstel of ervoor kunnen zorgen dat de patiënt niet verder achteruitgaat. In deze patiëntverhalen lijkt er weinig ruimte te zijn voor ‘toeval’. Beschrijvingen in termen van kansen en risico’s sluiten niet altijd goed aan op de behoefte van het individu aan een verklaring voor de ziekte en de betekenis ervan. Recente pleidooien voor een pluralistische benadering van causaliteit en voor een herstel van narratieve geneeskunde proberen deze kloof te dichten.
Reacties