Vroege behandeling met levodopa bij de ziekte van Parkinson

Klinische praktijk
Vincent J.J. Odekerken
Bart Post
Constant V.M. Verschuur
Rob M.A. de Bie
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2009;153:A286
Abstract

Dames en Heren,

De ziekte van Parkinson is een neurodegeneratieve aandoening die onder andere gepaard gaat met rigiditeit, bewegingsarmoede, rusttremor en gestoorde houding en houdingsreflexen. Deze verschijnselen zijn het gevolg van het verlies van dopamineproducerende neuronen in de substantia nigra. De toediening van levodopa en dopamineagonisten is al vele jaren de voornaamste behandeling van deze ziekte.1 Tot voor kort was men, om verschillende redenen, terughoudend met de medicamenteuze behandeling van de ziekte van Parkinson, vooral met het voorschrijven van levodopa. Aan de hand van 2 casussen willen wij toelichten waarom deze terughoudendheid ongegrond is.

Patiënt A, een 60-jarige man, was sinds 5 jaar bekend wegens de ziekte van Parkinson. De neuroloog die hem behandelde, verwees hem door met de vraag of patiënt baat zou hebben bij diepe hersenstimulatie.

Aanvankelijk gebruikte hij ropinirol 2 mg 3 dd. Aan deze dopamineagonist werd later een lage dosis levodopa-carbidopa toegevoegd (100 mg-25 mg…

Auteursinformatie

Academisch Medisch Centrum/Universiteit van Amsterdam, afd. Neurologie, Amsterdam.

Drs. V.J.J. Odekerken, arts in opleiding tot neuroloog; drs. B. Post en dr. R.M.A. de Bie, neurologen; drs. C.V.M. Verschuur, coassistent.

Contact drs. V.J.J. Odekerken (v.j.odekerken@amc.uva.nl)

Verantwoording

Belangenconflict: geen gemeld. Financiële ondersteuning: geen gemeld.
Aanvaard op 25 februari 2009

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties