Zie ook het artikel op bl. 227.
Dames en Heren,
De voedingstoestand van een mens wordt bepaald door de inname en het verbruik van voedsel (figuur). De inname van voedsel is afhankelijk van de kwaliteit en de kwantiteit van het voedsel, van hongereetlust en van het voedingsgedrag. Onder voedingsgedrag wordt verstaan het uitkiezen, aankopen, bereiden en nuttigen van voedsel. Het verbruik van voedsel is afhankelijk van het basale metabolisme, de warmteproduktie en de lichamelijke activiteit; bij verpleeghuispatiënten wordt de mate van lichamelijke activiteit hoofdzakelijk bepaald door de manier van voortbewegen.
Veel bij verpleeghuispatiënten voorkomende aandoeningen, zoals dementiesyndroom, cerebrovasculair accident (CVA) en artrose, hebben stoornissen tot gevolg, zoals in de cognitie en het bewegingsapparaat. Stoornissen kunnen leiden tot beperkingen in het voedingsgedrag en in de voortbeweging. Onder een beperking wordt verstaan: vermindering of afwezigheid van het vermogen van een persoon tot het uitvoeren van activiteiten. Beperkingen in het voedingsgedrag kunnen…
Reacties