Samenvatting
In Nederland begon de eerste vrouw aan de studie geneeskunde in 1871, tegen grote maatschappelijke weerstand in. Het onderwerp ‘vrouw en studie’ zou nog lang daarna de gemoederen in beweging brengen. In 1898, het kroningsjaar van de 18-jarige koningin Wilhelmina, werd voor de leden van een vrouwenbeweging te Rotterdam op twee verschillende tijdstippen een voordracht over dit onderwerp gehouden. Sprekers waren de medische hoogleraren H.Treub (gynaecoloog, voorstander) en C.Winkler (zenuwarts, tegenstander). In hetzelfde jaar werd er ook op schrift over dit onderwerp gedebatteerd. De voornaamste argumenten die voor of tegen ‘geleerde vrouwen’ werden uitgewisseld, betroffen ten eerste de aanleg van de vrouw om de hoogste toppen van wetenschap of kunst te bereiken en ten tweede de noodzaak tot het daarbij verloochenen van de vrouwelijke natuur.
Ned Tijdschr Geneeskd. 2008;152:2186-90
Reacties