Samenvatting
Doel
Vaststellen of het landelijke informatiesysteem over beschikbare plaatsen op neonatale intensive-care-units (NICU's) leidt tot rechtvaardigheid, doelmatigheid en kwaliteit van zorg.
Plaats
Twee van de 10 NICU's in Nederland.
Opzet
Descriptief.
Methode
Gegevens werden verzameld door observaties en 18 interviews met onder anderen neonatologen, (verwijzende) gynaecologen en kinderartsen. Nog eens 19 artsen werden telefonisch geïnterviewd vanwege de weigering van een NICU een door hen aangemelde patiënt te plaatsen. Interviews werden geanalyseerd met behulp van een computerprogramma voor kwalitatief onderzoek.
Resultaten
Wanneer een patiënt in de eigen regio niet opgenomen kon worden, werd vaak het informatiesysteem geraadpleegd om te zien in welke NICU's plaats was. Desondanks werd soms een NICU gebeld die volgens het systeem geen plaats had. Als redenen hiervoor werden genoemd: de informatie was niet up-to-date of niet alle beschikbare plaatsen werden gemeld. Dit laatste had te maken met de NICU-wens om voor patiënten uit de eigen regio een plaats vrij te houden. Omdat de meeste verwijzers van dit beleid op de hoogte waren, werd soms nog onderhandeld over plaatsen, wat tijdrovend was.
Conclusie
Het informatiesysteem werd veel gebruikt, maar functioneerde niet optimaal, met als gevolg een verminderde doelmatigheid. Dit had vooral te maken met het voorrangsbeleid voor patiënten uit de eigen regio, waarbij overwegingen met betrekking tot de kwaliteit van zorg een rol speelden. De bestaande variatie in toepassing van het voorrangsbeleid verdient aandacht uit een oogpunt van procedurele rechtvaardigheid.
Reacties