Validiteit en invaliditeit op grond van het gezichtsvermogen

Klinische praktijk
G.M. Bleeker
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1987;131:2238-40

Inleiding

Voor ons maatschappelijk en economisch bestaan is het gezichtsvermogen onmisbaar. Het functioneren van het oog bepaalt onze validiteit en invaliditeit. Waar de mate van het gezichtsvermogen met zeer nauwkeurige maatstaven valt te registreren, geldt dit al evenzeer voor het vaststellen van de validiteit. Als gevolg hiervan hebben verzekeringen tegen invaliditeit in dit opzicht een zeer reële basis.

Het gezichtsvermogen van het menselijk oog is namelijk dank zij de fysische eigenschappen daarvan buitengewoon toegankelijk voor onderzoek met de oogspiegel en met de microscoop. Deze toegankelijkheid komt niet alleen ten goede aan de beoordeling van de ziekteprocessen en beschadigingen, maar geldt al evenzeer voor het vaststellen van de functies van het oog. Deze functies zijn onder te verdelen in:

a. de gezichtsscherpte;

b. de gezichtsvelden;

c. de lichtgevoeligheid, zowel voor de kleur als voor de adaptatie aan licht en duisternis;

d. het binoculaire zien, waaronder mede begrepen de motiliteit van de…

Auteursinformatie

Prof.dr.G.M.Bleeker, oogarts, Uiterweg 392, 1431 AZ Aalsmeer.

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties