Samenvatting
Twee zuigelingen werden naar de spoedeisendehulpafdeling verwezen, een jongen van 3,5 maand, bij wie zweten en kortademigheid bij drinken en huilen waren geconstateerd, en een meisje van 5 weken, dat sinds een dag minder dronk, sinds enkele uren kreunend ademhaalde en toenemend suf was geworden. Bij hen werd geen infectieuze afwijking gevonden, maar uiteindelijk de diagnose ‘gedilateerde cardiomyopathie op basis van een afwijkende oorsprong van de linker coronairarterie vanuit de longslagader’ gesteld. Operatief werd de linker coronairarterie geïmplanteerd in de aorta. Beide patiënten herstelden voorspoedig. Aanwijzingen voor een luchtweginfectie of sepsis zijn voor de hand liggende differentiaaldiagnostische overwegingen bij een tachy- en dyspnoïsche zuigeling. Toch moet men ook denken aan een cardiale oorzaak, zoals cardiomyopathie met hartfalen, die zich met een klinisch gelijkend beeld kan presenteren. Een afwijkende oorsprong van de linker coronairarterie vanuit de pulmonaalarterie is daarbij een van de weinige goed behandelbare oorzaken.
Reacties