De diagnose ‘acquired immune deficiency syndrome’ (AIDS) kan vanaf 1 januari 1994 in Nederland ook worden gesteld op grond van het gelijktijdig voorkomen van infectie met het humaan immunodeficiëntievirus (HIV) en longtuberculose.1 Dit in navolging van de V.S. waar de criteria voor AIDS – bij gelijktijdig voorkomende HIV-infectie – al in 1993 werden uitgebreid met: recidiverende pneumonie, invasief cervixcarcinoom en pulmonale tuberculose. Pulmonale tuberculose werd toegevoegd, omdat infectie met HIV en daarmee gepaard gaande verminderde immuniteit een van de belangrijkste risicofactoren voor tuberculose is.
Enerzijds is dit een gevolg van het reactiveren van latente tuberculose-besmettingen ten gevolge van de HIV-infectie; anderzijds krijgen met HIV geïnfecteerden die met tuberculose besmet raken veel vaker en veel sneller actieve tuberculose dan patiënten met een intacte immuniteit.23 De invloed van HIV op het vóórkomen van tuberculose en omgekeerd zal ook steeds groter worden: in 1995 kan 8,4 van alle dan optredende…
Reacties