Haalbaarheid van effectmeting door de Inspectie

Transparantie: is het effect van toezicht te meten?

Onderzoek
Anne-Margreet van Dishoeck
Sandra F. Oude Wesselink
Hester F. Lingsma
Ewout W. Steyerberg
Paul B.M. Robben
Johan P. Mackenbach
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2013;157:A1676
Abstract

Samenvatting

Doel

Onderzoeken of het haalbaar is om met bestaande data te meten welk effect het toezicht door de Inspectie voor de Gezondheidszorg heeft op de volksgezondheid.

Opzet

Retrospectief, beschrijvend.

Methode

Wij onderzochten de omvang van de gezondheidsproblemen suïcide, decubitus en medicatiefouten vóór en na het instellen van toezicht door de Inspectie. Hiervoor gebruikten wij data waarover de Inspectie beschikt, externe gegevensbestanden en gegevens uit de literatuur. Daarbij beoordeelden wij definities en mogelijke onder- of overrapportage van de uitkomsten. Vervolgens onderzochten wij of met een tijdreeksanalyse een inschatting gemaakt kon worden van het effect van het toezicht op de omvang van het gezondheidsprobleem.

Resultaten

Medicatiefouten bleken onvoldoende duidelijk gedefinieerd om een effect van toezicht te kunnen meten. De prevalentie van decubitus en de incidentie van suïcide waren met databestanden van de Inspectie betrouwbaar te kwantificeren. Een tijdreeksanalyse liet zien dat van beide gezondheidsproblemen de omvang was afgenomen na het instellen van toezicht door de Inspectie. Deze trends konden echter niet aan het toezicht worden toegeschreven omdat er geen inzicht was in externe factoren die van invloed kunnen zijn geweest.

Conclusie

Bij duidelijk gedefinieerde gezondheidsproblemen is het mogelijk de omvang te kwantificeren uit data van de Inspectie en kunnen met tijdreeksanalyse trends worden geobserveerd. Het vaststellen van een causaal verband tussen toezicht en geobserveerde trends vereist echter een experimentele onderzoeksopzet, zoals prospectief gerandomiseerd onderzoek of een ‘stepped wedge’-design.

Auteursinformatie

Erasmus Medisch Centrum, Rotterdam.

Afd. Maatschappelijke gezondheidszorg: A.M. van Dishoeck, Msc, junior onderzoeker; S.F. Oude Wesselink, Msc, junior onderzoeker; dr. H.F. Lingsma, senior onderzoeker; prof.dr. E.W. Steyerberg, klinisch besliskundige; prof.dr. J.P. Mackenbach, sociaal geneeskundige.

Contact A.M. van Dishoeck, Msc (a.m.vandishoeck@erasmusmc.nl)

Verantwoording

Belangenconflict en financiële ondersteuning: formulieren met belangenverklaringen van de auteurs zijn beschikbaar bij dit artikel op www.ntvg.nl (zoeken op A1676; klik op ‘Belangenverstrengeling’).
Aanvaard op 11 februari 2013

Auteur Belangenverstrengeling
Anne-Margreet van Dishoeck ICMJE-formulier
Sandra F. Oude Wesselink ICMJE-formulier
Hester F. Lingsma ICMJE-formulier
Ewout W. Steyerberg ICMJE-formulier
Paul B.M. Robben ICMJE-formulier
Johan P. Mackenbach ICMJE-formulier
Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties