‘Technologische innovatie is spannend, inspirerend en spraakmakend, maar vaak te duur en te weinig effectief.’ Dat is de stelling die centraal stond in het debat dat afgelopen 3 november gevoerd werd tijdens de 9e NTvG Dag, ook dit jaar weer gehouden in de sfeervolle Rode Hoed in Amsterdam. Eerder op de dag, die verder geheel in het teken stond van medicalisering, was al snel duidelijk geworden dat het met de huidige standaardzorg al een hele uitdaging kan zijn om pas op de plaats te maken en kwamen legio voorbeelden van ineffectieve zorg aan de orde. Maar hoe zit het eigenlijk met technologische innovaties, de zogenaamde ‘toys for the boys’ of ‘pearls for the girls’? Leiden deze tot gezondheidswinst? Of is het beter om te investeren in al bewezen effectieve zorg? Maurice van den Bosch, hoogleraar interventieradiologie, en Gert Westert, hoogleraar gezondheidzorgonderzoek en kwaliteit van zorg, gingen de strijd aan rondom dit thema onder leiding van Lenny Verkooijen, hoogleraar klinische evaluatie van beeldgestuurde interventies.
Westert, groot voorstander van de stelling, trapt het debat af. ‘We leven in een cultuur waarin de mantra lijkt te zijn: “technologie en innovatie moeten, nieuw is beter dan oud”. Maar we vragen ons veel te weinig af of ze wel iets toevoegen.’ Hij refereert hierbij aan de Da Vinci-robot: ‘Geen enkele studie laat daverende resultaten zien. Een paar studies laten zien dat de effectiviteit ten opzichte van conservatieve chirurgie zo ongeveer gelijk is, maar het is altijd duurder en toch gaat deze technologie door.’
Westert beargumenteert dat het geld in plaats van in innovatie beter gestoken kan worden in het opschalen van datgene waarvan we nu al weten dat het effectief is. ‘Vijftig procent van de patiënten krijgt geen zorg volgens de professionele richtlijnen, er zijn onverklaarde grote verschillen in het gebruik van medische zorg, er is grote praktijkvariatie en we weten dat tot 30% van het medisch handelen…
Reacties