Inleiding
Onder invloed van de AIDS-epidemie zijn er sinds het begin van de jaren tachtig sterke veranderingen opgetreden in het seksuele gedrag van homoseksuele mannen.1 In de Amsterdamse Cohort Studie, een in 1984 gestart longitudinaal onderzoek onder homoseksuele mannen, werd een vermindering geconstateerd van het beoefenen van onbeschermd anogenitaal contact, de belangrijkste risicofactor voor de overdracht van het humane immunodeficiëntievirus (HIV) in deze groep. Ook het aantal partners met wie anogenitaal contact beoefend werd, daalde. Deze veranderingen bleken samen te gaan met een daling van het aantal nieuwe infecties met het HIV in de cohort.2 Een verdere indicatie voor het optreden van gedragsverandering onder homoseksuele mannen werd gevonden in het dalend aantal gediagnostiseerde gevallen van (anorectale) gonorroe en van vroege (infectieuze) syfilis onder homo- en biseksuele mannelijke bezoekers van de polikliniek voor seksueel overdraagbare aandoeningen (SOA) in Amsterdam.34
Wij rapporteerden 2 jaar geleden in dit tijdschrift…
Reacties