Op vrijdag 7 september 2018 overleed op 95-jarige leeftijd dr. M.A. (Thijs) Bleiker, van 1973 tot 1981 vicevoorzitter van onderzoeksorganisatie TNO en van 1981 tot 1988 algemeen directeur van de KNCV.
artikel
Standaardisatie tuberculineonderzoek
Bleiker deed in 1953 zijn artsexamen. In 1955 trad hij als tbc-onderzoeker in dienst van de onderzoeksorganisatie TNO. In nauwe samenwerking met de Dienst Militaire Gezondheidszorg (DMG) leidde hij decennialang het tuberculineonderzoek onder de Nederlandse militaire dienstplichtigen. De waargenomen gestage daling van de tuberculinegevoeligheid onder opeenvolgende cohorten van Nederlandse rekruten in de decennia na de Tweede Wereldoorlog documenteerde onomstotelijk het succes van de Nederlandse tbc-bestrijding.
Bleikers grote inhoudelijke bijdrage aan de bestrijding was de standaardisatie van dit onderzoek, waardoor grootschalig epidemiologisch onderzoek mogelijk werd. In 1963 werd deze epidemiologische aanpak door de WHO erkend en vond deze nadien wereldwijd navolging. Aan de internationale toepassing heeft Bleiker met de Tuberculine Werkgroep van TNO, later opererend als International Tuberculosis Surveillance Centre (ITSC), een belangrijke bijdrage geleverd.
Tuberculosis Surveillance Research Unit
In 1960 promoveerde Bleiker in Groningen met het proefschrift Specifieke en a-specifieke tuberculinegevoeligheid bij de mens in Nederland . In 1973 werd hij benoemd tot vicevoorzitter van TNO en in die functie was hij tot 1981 een invloedrijk bestuurder binnen de Nederlandse gezondheidszorg.
In 1966 haalde Bleiker de Tsjechische epidemioloog/longarts dr. Karel Styblo (toen nog werkzaam in Praag) naar Nederland. Dit leidde tot de oprichting van de Tuberculosis Surveillance Research Unit (TSRU) in Den Haag, onder auspiciën van de WHO in Genève, de IUAT (International Union Against Tuberculosis) in Parijs en de KNCV. Op basis van de Nederlandse epidemiologische gegevens ontwikkelde Styblo een methode om het tuberculose-infectierisico te bepalen. Deze toepassing leidde tot baanbrekende inzichten in de epidemiologie en bestrijding van tuberculose.
Ontwikkeling DOTS-strategie
In 1976 werd Bleiker voorzitter van het bestuur van de KNCV en in 1981 algemeen directeur. Vanuit deze functies kon hij, in het internationale verband van de IUATLD (inmiddels International Union against Tuberculosis and Lung Disease geheten) te Parijs samen met dr. Annik Rouillon, Executive Director van de IUATLD, de noodzakelijke rugdekking geven aan het wetenschappelijke en operationele werk van Styblo, die inmiddels Director of Scientific Activities van de IUATLD was geworden. Met grote steun van de KNCV voerde Styblo in onder andere Tanzania, Malawi en Benin een modernisering van de tbc-bestrijding door, die leidde tot een aantoonbare en drastische verbetering van het genezingscijfer van besmettelijke tbc-patiënten. Deze succesvolle in internationaal verband ontwikkelde aanpak werd 10 tot 15 jaar later (in 1995) door de WHO als de DOTS-strategie erkend en wereldwijd ingevoerd.
Doorgroei KNCV
Nadat Jaap Broekmans, arts, hem in 1988 was opgevolgd als algemeen directeur van de KNCV werd Bleiker (wederom) vicevoorzitter van het bestuur. In die functie ondersteunde hij, samen met toenmalig voorzitter Van der Drift, de nieuwe directie in de groei van de KNCV van bescheiden landelijke koepelorganisatie van de Nederlandse consultatiebureaus tot gezaghebbende (inter)nationale bestrijdingsorganisatie, die zelfstandig opereerde naast WHO en IUATLD.
Reacties