Samenvatting
Doel
De adequaatheid nagaan van de medicamenteuze behandeling van patiënten met een obsessieve-compulsieve stoornis (OCS).
Opzet
Retrospectief.
Methode
In het Universitair Medisch Centrum te Utrecht werd retrospectief de adequaatheid van de behandeling nagegaan bij 150 patiënten met OCS die zich op de polikliniek hadden aangemeld. De ernst van de dwangklachten werd gemeten met de ‘Yale-Brown obsessive compulsive scale’ (Y-BOCS).
Resultaten
Bij de intake gebruikte 35 van de patiënten geen medicatie; 58 gebruikte een antidepressivum, minder dan 1 een antipsychoticum en 6 een benzodiazepine. Van de patiënten nam 12 de gemiddeld werkzame dosis in, 5 de maximale dosis en 41 een onvoldoende hoge dosis. Derhalve gebruikten 6 op de 10 patiënten de goede medicijnen (antidepressiva) en minder dan 20 nam deze in voldoende hoge dosis. Van de patiënten had 38 voordien nooit antidepressiva ingenomen, 31 had vooraf ooit één antidepressivum ingenomen, 17 2 verschillende antidepressiva, en 12 tenminste 3 verschillende antidepressiva; 13 had de antidepressiva in de hoogste dosis ingenomen, 18 in de gemiddeld werkzame dosis, en 31 in een onvoldoende hoge, en dus ineffectieve dosis. Dit betekent dat vanuit farmacotherapeutisch oogpunt niet meer dan 1 op 8 patiënten een adequate behandelgeschiedenis achter de rug had.
Conclusie
De resultaten tonen dat slechts 1 op de 8 OCS-patiënten adequaat werd behandeld.
Reacties