Sterfte aan maagcarcinoom na maagoperatie wegens goedaardige afwijkingen; analyse van een Amsterdamse cohort

Onderzoek
G.J.A. Offerhaus
A.C. Tersmette
K. Huibregtse
K.W.F. Tersmette
J.P. Vandenbroucke
G.N.J. Tytgat
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1988;132:628-30
Abstract

Samenvatting

De sterfte aan maagkanker in een Amsterdamse cohort van 2633 patiënten die in de periode 1931-1960 een maagoperatie wegens benigne afwijkingen ondergingen, werd vergeleken met die in de algemene Nederlandse bevolking. Deze sterfte was bij vrouwen vanaf 15 jaar na de maagoperatie en bij mannen vanaf 25 jaar na de maagoperatie statistisch significant verhoogd.

Auteursinformatie

Academisch Medisch Centrum, afd. Gastro-enterologie, Amsterdam.

Dr.G.J.A.Offerhaus, assistent-geneeskundige (thans Rijksuniversiteit, afd. Pathologie, Postbus 9603, 2300 RC Leiden); K.Huibregtse en prof. dr.G.N.J.Tytgat, gastro-enterologen.

Academisch Ziekenhuis, Leiden.

Afd. Pathologie: A.C.Tersmette, epidemioloog; K.W.F.Tersmette, medisch student.

Afd. Klinische Epidemiologie: J.P.Vandenbroucke, klinisch epidemioloog.

Contact dr.G.J.A.Offerhaus

Verbeteringen
Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties