Samenvatting
- De huisarts moet alert zijn op signalen die kunnen wijzen op dementie.
- De huisarts kan de diagnose ‘dementie’ zelf stellen of daarvoor gericht verwijzen.
- De diagnostiek van dementie richt zich op het vaststellen van geheugenstoornissen, andere cognitieve stoornissen en verminderd dagelijks functioneren.
- De huisarts geeft bij dementie voorlichting en advies; medicamenteuze behandeling van dementie speelt vrijwel geen rol.
- De huisarts gaat in op de verzorgingsaspecten van de patiënt met dementie en de draagkracht van de naasten.
- De begeleiding van de patiënt met dementie vraagt afstemming op en samenwerking met verschillende disciplines.
Reacties