Samenvatting van de standaard ‘Artritis’ van het Nederlands Huisartsen Genootschap

The basis for the new practice guideline ‘Arthritis’ from the Dutch College of General Practitioners is no longer the disease, e.g. rheumatoid arthritis or gout, but the clinical picture which the patient presents to the general practitioner.
In patients with joint problems, the general practitioner distinguishes between arthritis and other causes of the symptoms by history taking and physical examination.
If bacterial arthritis is suspected, this is a reason for urgent referral.
The basic treatment of pain and inflammation of all forms of arthritis (except bacterial arthritis) consists of NSAIDs, with oral corticosteroids as an alternative for gouty arthritis.
If there is clinical suspicion of rheumatoid arthritis, this should lead to fast referral to a rheumatologist (within 4 weeks at the most), because of the effectiveness of early treatment with disease-modifying antirheumatic drugs (DMARDs).

Samenvatting

Het uitgangspunt in de nieuwe NHG-standaard ‘Artritis’ van het Nederlands Huisartsengenootschap is niet langer de ziekte, zoals reumatoïde artritis of jicht, maar het klinisch beeld waarmee de patiënt bij de huisarts komt.
Bij patiënten met gewrichtsklachten maakt de huisarts op basis van anamnese en lichamelijk onderzoek onderscheid tussen artritis en andere oorzaken van gewrichtsklachten.
Bacteriële artritis of een vermoeden daarvan is een reden voor spoedverwijzing.
De basisbehandeling van pijn en ontsteking bij alle artritiden, behalve bacteriële artritis, bestaat uit NSAID’s, met bij jichtartritis orale corticosteroïden als alternatief.
Bij een klinisch vermoeden van reumatoïde artritis is snelle verwijzing, uiterlijk na 4 weken, naar de reumatoloog geïndiceerd, vanwege de effectiviteit van vroegtijdige behandeling met ‘disease-modifying antirheumatic drugs’ (DMARD’s).