Samenvatting
Psychosociale aspecten van harttransplantatie werden bestudeerd in het Academisch Ziekenhuis Rotterdam-Dijkzigt gedurende de periode 1984-1988. Een enquête die in het kader van een longitudinaal kwaliteit-van-leven-onderzoek werd gehouden, bevatte vragenlijsten waarin psychosociale indicatoren waren opgenomen. Deze lijsten werden vóór de transplantatie voorgelegd aan 48 patiënten, en 4 en 13 maanden na de transplantatie aan respectievelijk 33 en 20 patiënten. Vóór transplantatie kon de situatie als psychisch zeer belastend worden gekenschetst; in het bijzonder angstgevoelens speelden een belangrijke rol. Na transplantatie herstelde in belangrijke mate de fysieke en psychische toestand, maar depressieve gevoelens en slaapproblemen bleven bestaan. Aanpassing van de patiënt en zijn directe omgeving aan de nieuwe situatie verliep dikwijls moeizaam: werkhervatting bleef bijvoorbeeld sterk achter bij de verwachtingen op grond van medisch herstel.
De ervaringen in Rotterdam sluiten aan bij die in andere transplantatiecentra en pleiten voor meer aandacht voor de psychosociale begeleiding van patiënten die een harttransplantatie ondergaan.
Reacties