Prevalentie van afwijkende lipideconcentraties op Curaçao

Onderzoek
C.B. Leerink
I. Gerstenbluth
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1997;141:2488-92
Abstract

Samenvatting

Doel

Vaststellen van de prevalentie van lipide risicofactoren voor atherosclerose op Curaçao en van eventuele verbanden met socio-economische en demografische gegevens, en vergelijking van de prevalentie met die in Nederland.

Opzet

Dwarsdoorsnedebevolkingsonderzoek.

Plaats

Landslaboratorium voor de Volksgezondheid en Geneeskundige en Gezondheidsdienst, Curaçao.

Methode

Bij een steekproef van personen van 18 jaar en ouder uit de Curaçaose bevolking werden serumconcentraties gemeten van totaalcholesterol, ‘high-density’-lipoproteïne-(HDL)-cholesterol, triglyceriden en in een beperkt aantal monsters ook van lipoproteïne(a) (Lp(a)). Deze waarden werden voor personen van 20-59 jaar vergeleken met die beschreven voor een Nederlandse steekproef. Door middel van multipele-regressieanalyse werd de samenhang van de gevonden totaalcholesterolwaarden met diverse socio-economische variabelen (leeftijd, geslacht, opleiding, woonplaats, ras) onderzocht.

Resultaten

Onder de personen van 20-59 jaar hadden van de 288 mannelijke deelnemers 30 (11) en van de 427 vrouwelijke deelnemers 42 (10) een serumcholesterolconcentratie > 6,5 mmoll. Van de mannen hadden 53 (18) een HDL-cholesterolconcentratie < 0,9 mmoll; bij de vrouwen waren dit er 31 (7). De verdeling van zowel de totaalcholesterol- als de HDL-cholesterolconcentraties was op Curaçao gunstiger dan in Nederland, bij mannen van 20-29 jaar (gemiddeld 4,38 versus 4,75 mmoll; p < 0,01) en bij mannen en vrouwen ouder dan 40 jaar (gemiddeld 5,38 versus 5,88 mmoll; p < 0,01). De mediane Lp(a)-concentratie van de 225 Curaçaose deelnemers bij wie dit was bepaald was 250 mgl; in de Nederlandse groep was dit 80 mgl.

Een hogere leeftijd, vrouwelijk geslacht, een hoger opleidingsniveau, negroïde ras en de woonplaats ‘Oostdistrict’ hingen samen met een hogere serumconcentratie voor totaalcholesterol.

Conclusie

Zowel de totaalcholesterol- als de HDL-cholesterolverdeling was op Curaçao gunstiger dan in Nederland, vooral bij oudere personen.

Auteursinformatie

Laboratorium voor de Volksgezondheid van de Nederlandse Antillen, afd. Klinische Chemie en Hematologie, Willemstad, Curaçao.

Geneeskundige en Gezondheidsdienst, afd. Epidemiologie en Onderzoek, Willemstad, Curaçao.

I.Gerstenbluth, arts-epidemioloog.

Contact Dr.C.B.Leerink, klinisch chemicus

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties

G.A.
van Montfrans

Amsterdam, januari 1998,

Leerink en Gerstenbluth gaven onlangs een overzicht van de lipideconcentraties op Curaçao (1997:2488-92). Dat de gemiddelde totaalcholesterolconcentratie op Curaçao in 1993 een aantal procenten lager was dan die in Nederland rond die tijd, is in overeenstemming met de opvatting dat de cholesterolniveaus in de Afro-Caribische en Afro-Amerikaanse bevolkingsgroepen doorgaans iets lager zijn dan bij de blanke bevolking.1 2 In 1989 bepaalden wij het vóórkomen van de belangrijkste cardiovasculaire risicofactoren op het naburige Aruba, waar de cardiovasculaire sterfte evenals op Curaçao lager is dan in Nederland, bij 600 mannen en vrouwen &dash; 10&percnt; van de totale bevolking. De gemiddelde cholesterolconcentraties waren 5 tot 16&percnt; lager in alle leeftijdsgroepen vergeleken met de Nederlandse gegevens. Van de mannen rookte 32&percnt;, van de vrouwen 13&percnt;. Van de onderzochte personen had 17&percnt; hypertensie, welke verrassenderwijs in de meerderheid van de gevallen goed ingesteld was. Diabetes mellitus kwam bij 6&percnt; voor en er waren zeer veel onderzochten met een aanzienlijk overgewicht, gemiddeld 10 kg bij degenen met een Quetelet-index > 25 kg/m2.3

De oorzaak van deze verschillen in lipideconcentraties is ongetwijfeld deels aangeboren, maar zeker beïnvloedbaar door leefstijl en voeding. Als men de huidige cholesterolniveaus in Nederland vergelijkt met de nu gerapporteerde gegevens over Curaçao die in 1993 verzameld werden, zijn er ogenschijnlijk geen verschillen meer doordat de cholesterolconcentratie in Nederland juist de laatste jaren is gedaald met gemiddeld 0,4 mmol/l bij de mannen en 0,3 mmol/l bij de vrouwen. Het percentage mannen met hypercholesterolemie (totaalcholesterol > 6,5 mmol/l) in Nederland nam daarmee af van 18 tot 10, en het percentage vrouwen met deze aandoening daalde van 14 naar 8.4

Ik zou dus krachtig willen pleiten voor actualisering van deze gegevens op Curaçao, om de plaatselijke preventieprogramma's met betrekking tot hart- en vaatziekten zo effectief mogelijk te maken. Van de risicofactoren voor hart- en vaatziekten worden in het artikel alleen de lipiden genoemd onder verwijzing naar een boek, maar verwacht mag worden dat het onderzoek ‘Hoe gezond is Curaçao?’ ook gegevens oplevert over de andere risicofactoren voor hart- en vaatziekten, liefst in de vorm van langlopend cohortonderzoek.4

G.A. van Montfrans
Literatuur
  1. Lakshman MR, Reda D, Materson BJ, Cushman WC, Kochar MS, Nunn S, et al. Comparison of plasma lipid and lipoprotein profiles in hypertensive black versus white men. Department of Veterans Affairs Cooperative Study Group on Antihypertensive Agents. Am J Cardiol 1996;78:1236-41.

  2. Zezulka AV. Racial differences in coronary disease and diene conjugated lipids. J Hum Hypertens 1988;2:297.

  3. Heetveld M, Veerman DP, Eekert HKN van, Waldram GM, Montfrans GA van. Risk factors for cardiovascular disease in Aruba. J Cardiovasc Risk Factors 1993;3:367-78.

  4. Smit HA, Verschuren WMM, Bueno de Mesquita HB. Het project monitoring risicofactoren en gezondheid Nederland (MORGEN-project). Jaarverslag 1993. Rapportnr 263200002. Bilthoven: Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, 1994.

I.
Gerstenbluth Willemstad

Curaçao, januari 1998,

Wij zijn het met Van Montfrans eens dat de Curaçaose gegevens thans geactualiseerd zouden moeten worden. In principe is het besproken gezondheidsonderzoek (‘Hoe gezond is Curaçao?’) zodanig opgezet dat longitudinale follow-up mogelijk is. Inderdaad heeft het onderzoek ook gegevens opgeleverd over andere risicofactoren voor hart- en vaatziekten. Zo bedraagt de door de deelnemers zelf gerapporteerde prevalentie van hypertensie onder de niet in instellingen opgenomen volwassen bevolking 14,5&percnt; en wordt de werkelijke prevalentie geschat op 20-30&percnt;.1

Eenderde deel van de mannen en ruim de helft van de vrouwen kan men als lijdend aan overgewicht classificeren, gebruikmakend van Quetelet-indexafkapwaarden van het Amerikaanse National Center for Health Statistics. Bij vrouwen in de leeftijdsgroep van 45-64 jaar is het percentage met overgewicht zelfs ruim 62.2 Wat betreft het roken steken de cijfers relatief gunstig af bij de Nederlandse. In totaal rapporteert 17,1&percnt; te roken, versus 36,4&percnt; in Nederland (gegevens van het Centraal Bureau voor de Statistiek, 1993). Van de mannen rookt 28,3&percnt;, van de vrouwen 6,8&percnt;.2 Tenslotte noemen wij hier de prevalentie van diabetes mellitus: 5,6&percnt; volgens de rapportage van de deelnemers zelf en circa 10&percnt; op basis van laboratoriummetingen.34

Op basis van deze en andere gegevens uit het gezondheidsonderzoek op Curaçao houdt inmiddels een aantal multidisciplinaire werkgroepen op het eiland zich bezig met het ontwikkelen van interventieprogramma's.

I. Gerstenbluth Willemstad
C.B. Leerink
Literatuur
  1. Gerstenbluth I, Alberts JF, Velde B te, Leerink CB. De prevalentie van chronische aandoeningen op Curaçao. In: Hoe gezond is Curaçao? Symposiumverslag resultaten Gezondheidsonderzoek Curaçao en beleidsimplicaties. Willemstad: ISOG 2000, 1995.

  2. Alberts JF, Gerstenbluth I, Halabi YT, Koopmans PC, O'Niel J, Heuvel WJA van den. The Curaçao health study: methodology and main results. Assen: Van Gorcum, 1996.

  3. Leerink CB, LeBlanc RAE, Gerstenbluth I. Enkele conclusies uit bloed- en urineonderzoek onder de respondenten van het Gezondheidsonderzoek Curaçao. In: Hoe gezond is Curaçao? Symposiumverslag resultaten Gezondheidsonderzoek Curaçao en beleidsimplicaties. Willemstad: ISOG 2000, 1995.

  4. Kamphof WG. Prevalentie van diabetes mellitus op Curaçao; vergelijking van gegevens verkregen via zelfrapportage, laboratoriumuitslagen en huisartsenstatus &lsqb;scriptie&rsqb;. Groningen: Universiteit Groningen, 1997.