Samenvatting
Na intramusculaire toediening van nalbufine tijdens de partus ontstond een foetale bradycardie van 30-40 slagenmin, die verdween na een intraveneuze bolusinjectie van naloxon. Het cardiotocogram-patroon bleef echter zonder variabiliteit, zodat besloten werd tot een sectio caesarea. Het kind vertoonde na 6 maanden nog ernstige neurologische stoornissen, welke werden toegeschreven aan intra-uteriene asfyxie.
Terwijl aanvankelijk in verscheidene onderzoeken door diverse auteurs geen bijzondere of relevante klinische problemen bij nalbufinegebruik durante partu gemeld werden, zijn recentelijk 4 kinderen beschreven die bradycardie en respiratoire problemen kregen na intraveneuze en (of) intramusculaire nalbufinetoediening aan de moeder. Gebruik van nalbufine als pijnstiller tijdens de partus blijkt gepaard te kunnen gaan met foetale bradycardie, zowel na intraveneuze als na intramusculaire toediening. Grote terughoudendheid bij het toedienen van nalbufine tijdens de baring is derhalve geboden. Het is raadzaam om naloxon als antidotum bij de hand te houden.
Reacties