Samenvatting
Foetale supraventriculaire tachycardie (SVT) met hydrops foetalis gaat gepaard met een hoge morbiditeit en sterfte. Bij persisteren van de SVT en hydrops foetalis ondanks maternale therapie kan rechtstreeks foetaal worden behandeld. Bij een foetus werd, bij een zwangerschapsduur van 28 1/7e weken, SVT met hydrops foetalis gevonden, die persisteerde ondanks transplacentaire therapie. Daarop werd met succes amiodaron ingespoten via de navelstrengvene. Bij een tweede foetus werd, bij een zwangerschapsduur van 27 4/7e weken, eveneens SVT met hydrops foetalis gezien, die persisteerde ondanks maternale antiaritmische therapie. Met succes werd rechtstreeks foetaal behandeld met amiodaron. Voor de rechtstreekse foetale behandeling van SVT heeft de toediening van amiodaron de voorkeur, en tegenwoordig is het toedienen van medicatie via de navelstrengvene een veilige procedure. Rechtstreekse foetale therapie moet overwogen worden bij persisteren van een foetale SVT met hydrops foetalis ondanks adequate transplacentaire behandeling, bij een zwangerschapsduur < 32 weken.
Ned Tijdschr Geneeskd. 2008;152:389-92
Reacties