Operatieve correctie bij urine-incontinentie en (of) prolapsklachten

Zie ook de artikelen op bl. 225 en 250.

Huisartsen worden frequent geconfronteerd met patiënten met urine-incontinentie al of niet bij prolapsklachten. In dit tijdschrift wordt geregeld aandacht geschonken aan urine-incontinentie. Hierbij is onder andere terecht naar voren gebracht dat anamnestisch vaak al een redelijk goede indruk verkregen kan worden van de aard van de incontinentie.1 Van de genoemde patiënten kan een deel naar ieders tevredenheid conservatief behandeld worden: incontinentiepatiënten bijvoorbeeld met bekkenbodemoefeningen en prolapspatiënten bijvoorbeeld met een pessarium.

De situatie wordt gecompliceerder bij patiënten met dusdanig ernstige klachten dat gedacht moet worden aan een operatieve behandeling. Dan moet onder meer worden besloten naar welke specialist een bepaalde patiënte het best verwezen kan worden. Binnen de urologenwereld meent men dat patiënten bij wie de incontinentieklachten overheersen het best primair verwezen kunnen worden naar een uroloog, en patiënten bij wie de prolapsklachten overheersen het best naar een gynaecoloog. Als…