Samenvatting
- Hoewel velen het anders zouden willen, zijn dierproeven nog steeds van grote betekenis voor het biomedisch onderzoek. De beantwoording van fundamentele vragen op het gebied van kanker of chronische ziekten, maar ook het wettelijk verplicht registreren en vrijgeven van vaccins of geneesmiddelen is niet mogelijk zonder studies met dieren.
- Uitgangspunt van de bestaande wetgeving op het gebied van dierproeven is het principe van ‘verantwoord gebruik’. Belangrijke aspecten hierin zijn opleiding en training van hen die met proefdieren werken, het toezicht op het welzijn van proefdieren en de ethische toetsing van voorgesteld onderzoek.
- Daarnaast gaat om diverse redenen veel aandacht uit naar de mogelijkheden om het gebruik van proefdieren te vervangen, te verminderen of te verfijnen, de zogenaamde 3V’s. Op dit terrein is veel vooruitgang geboekt.
- In Nederland is het aantal dieren voor onderzoek de afgelopen 25 jaar met 50 gereduceerd. De laatste jaren echter wisselen een lichte daling en stijging elkaar af, dit als gevolg van wetenschappelijke en maatschappelijke ontwikkelingen, zoals het beschikbaar komen van genetisch gemodificeerde dieren en de toenemende behoefte aan productveiligheid.
- Dit maakt dat het proefdier voorlopig onmisbaar zal blijven in het biomedisch onderzoek. Wel zal het belang van dierproeven veranderen en meer komen te liggen bij het bevestigen van resultaten die met proefdiervrije methoden zullen worden gegenereerd.
Ned Tijdschr Geneeskd. 2006;150:2857-62
Reacties