Hoe staat het met de nieuwe technieken die een aantal jaren geleden in het NTvG werden beschreven? Behoren zij inmiddels tot de gangbare medische praktijk of is het enthousiasme getemperd? Deze rubriek geeft een kijkje op de huidige stand van zaken.
Samenvatting
Vijf jaar terug bespraken wij proton-MR-spectroscopie (MRS) als niet-invasieve methode om de hoeveelheid vet in de lever (‘proton density fat fraction’, PDFF) te bepalen. Leverbiopsie, de huidige standaardmethode voor deze bepaling, heeft enkele belangrijke tekortkomingen, zoals het risico op complicaties en een grote inter-observervariabiliteit, die bij gebruik van MRS-PDFF minder of afwezig zijn. In RCT’s wordt MRS-PDFF tegenwoordig gehanteerd als uitkomstmaat om het effect van therapie te volgen. Inmiddels is er een opvolger van MRS-PDFF: MRI-PDFF. Dit is een MRI-scan die in circa 18 s gemaakt wordt en die de gehele lever beslaat. Zowel MRS- als MRI-PDFF heeft in Nederland geen grote vlucht genomen, deels vanwege onbekendheid met de techniek bij clinici en radiologen, deels ook omdat hepatologen steeds vaker afgaan op echografische meting met de fibroscan. Deze laatste methode blijkt echter minder goed in staat dan MRS- en MRI-PDFF om onderscheid te maken tussen de verschillende graderingen van steatose.
Reacties