Zie ook het artikel op bl. 2857.
Neonatale screening beperkt zich in ons land tot dusver tot onderzoek naar drie behandelbare ziekten, namelijk fenylketonurie, congenitale hypothyreoïdie en het adrenogenitaal syndroom. De technologische dynamiek was voor de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) reden advies te vragen aan de Gezondheidsraad over een eventuele uitbreiding van deze screening. Een speciale commissie van de raad bracht hierover onlangs een lezenswaardig advies uit.1 Vanwege de door screening te behalen gezondheidswinst voor aangedane pasgeborenen wordt aanbevolen de screening uit te breiden met 15 andere behandelbare, veelal zeldzame aandoeningen. Elders in dit nummer is een samenvatting van het advies opgenomen.2 In dit commentaar concentreer ik mij op enkele ethisch relevante aspecten.
het proportionaliteitsvereiste
In eerdere advisering stelde de Gezondheidsraad als cruciale voorwaarde voor screening het proportionaliteitsvereiste: de voordelen van screening moeten duidelijk opwegen tegen de mogelijke nadelen.3 De raad verzette zich…
Reacties