Dames en Heren,
Het zelfbeschikkingsrecht van patiënten is vastgelegd in de Wet op de Geneeskundige Behandelingsovereenkomst (WGBO), die deel uitmaakt van het Burgerlijk Wetboek en dateert van 1995.1 De patiënt moet de arts toestemming geven voor een behandeling (art. 7:450 lid 1). De term ‘wilsverklaring’ staat niet in de wet, maar wordt in de praktijk gebruikt als een document waarin een patiënt zijn of haar wensen ten aanzien van behandeling heeft vastgelegd. Er is een belangrijk verschil tussen de zogenaamde ‘positieve’ en de ‘negatieve’ wilsverklaring. De positieve wilsverklaring, bijvoorbeeld een euthanasieverklaring, is niet bindend voor de hulpverlener. De negatieve wilsverklaring, is dat in principe wel (art. 7:450 lid 3) (zie uitlegkader). Als de patiënt helder en goed aanspreekbaar is, gaat op dat moment de mondelinge verklaring boven een – eerdere – schriftelijke verklaring.
Hoewel de wettelijke regeling duidelijk lijkt, verschilden de artsen binnen het AMC tijdens de nabespreking van…
Reacties