In Nederland is de verslaafdenzorg een onderdeel van de geestelijke gezondheidszorg. Ze richt zich op personen met alcohol-, drugs- en (of) gokproblemen; regelmatig komt men in contact met een grote groep drugsgebruikers. De drugshulpverlening blijkt zich voortdurend te kunnen vernieuwen, met of zonder financiële en politieke prikkels.
In het rendement van die contacten bestaat onvoldoende inzicht. Andere beperkingen van de drugshulpverlening zijn, dat men onvoldoende aandacht kan geven aan de kwaliteit van de zorg. Daarnaast heeft de maatschappij een voortdurend wisselend verwachtingspatroon; lange tijd was beperking van de nadelige gevolgen van het drugsgebruik het item waar de hulpverlening op in diende te spelen, thans is dat het werken aan de bestrijding van de overlast.1 Daardoor dreigt de financiering van de ambulante drugshulpverlening te veel een speelbal van maatschappelijke krachten te worden, tenzij de harde kern van het werk op een andere wijze wordt gefinancierd.
Mogelijkheden
Binnen de Nederlandse drugshulpverlening…
Reacties