Zie ook het artikel op bl. 1676.
Of niet-therapeutisch onderzoek bij wilsonbekwame patiënten toelaatbaar is, is in de gezondheidsrechtelijke literatuur uitvoerig besproken geruime tijd vóór het eerste concept-voorstel van wet inzake medische experimenten in 1987 werd gepubliceerd. Als een van de juridische obstakels is van meet af aan de eis van vrijwillige toestemming genoemd die staat in artikel 7 van het Verdrag van de Verenigde Naties inzake burgerrechten en politieke rechten van 1966 (BUPO-verdrag). Van vrijwillige toestemming kan bij wilsonbekwamen geen sprake zijn – zij kunnen zich geen oordeel (meer) vormen – behalve in de situatie dat zij van tevoren schriftelijk, op duidelijke wijze, iets hebben aangegeven. Dat therapeutisch onderzoek bij wilsonbekwamen in beginsel juridisch wel toelaatbaar is, kan worden afgeleid uit de geschiedenis van de totstandkoming van artikel 7 van het BUPO-verdrag. Bij die totstandkoming werd onder andere de relatie gelegd tussen de ziekte en het experiment, en de…
Reacties