Mammatumoren karakteriseren met VTIQ-elastografie

B-mode ultrasound is used as an adjunct to mammography to differentiate between benign and malignant breast lesions. An additional ultrasound technique is elastography which can evaluate the stiffness of tissues. It is believed that malignant lesions are generally stiffer than benign lesions. Virtual touch tissue Quantification (VTIQ) is a new elastography method for measuring the stiffness of tissue. Because this method does not depend on the degree of compression, measurements are reliable and reproducible. VTIQ – in combination with ultrasonography – has the potential to characterise abnormalities in more detail. Adding elastography to regular B-mode ultrasound improves the diagnostic specificity without loss of sensitivity. This suggests that VTIQ might change patient management and avoid unnecessary biopsies. However, further research involving a greater variety of abnormalities and larger study populations is indicated.

Conflict of interest and financial support: none declared.

Bijdragen in de rubriek ‘Nieuwe technieken’ gaan over technische mogelijkheden binnen de geneeskunde die nieuw zijn, zodat er nog niet veel bewijs is, maar waarbij de beschikbare feiten toch zo interessant zijn dat lezers de informatie nuttig zullen vinden. Of de beschreven technieken na verder onderzoek uiteindelijk tot de gangbare medische praktijk zullen gaan behoren, zal moeten blijken.

Samenvatting

‘B-mode’-echografie wordt in de mammadiagnostiek gebruikt als aanvulling op een mammogram om onderscheid te maken tussen benigne en maligne afwijkingen. Een aanvullende echografische techniek is elastografie. Hiermee kan de stijfheid van weefsels bepaald worden. Deze techniek gaat uit van het gegeven dat maligne afwijkingen over het algemeen stugger zijn dan benigne afwijkingen. ‘Virtual touch tissue quantification’ (VTIQ) is een nieuwe elastografietechniek om de stijfheid van weefsels te meten. Omdat deze methode niet afhankelijk is van de mate van compressie, is de meting betrouwbaar en reproduceerbaar. VTIQ heeft – in combinatie met echografie – de potentie om afwijkingen nauwkeuriger te karakteriseren. Het toevoegen van elastografie aan gebruikelijk echografisch onderzoek verhoogt de specificiteit zonder verlies van sensitiviteit. Dit kan betekenen dat aanvullende diagnostiek, zoals het nemen van een biopt, overbodig wordt. Aanvullend onderzoek met meer verschillende soorten afwijkingen en grotere onderzoekspopulaties is echter noodzakelijk.