Dames en Heren,
De ziekte van Parkinson is een hypokinetisch-rigide syndroom dat wordt gekenmerkt door een wisselende combinatie van minimaal twee van de volgende symptomen: tremor in rust, rigiditeit, bradykinesie en houdingsinstabiliteit. De eerste drie symptomen (de klassieke trias) spelen vooral bij de vroegdiagnostiek een rol. Het vierde hoofdsymptoom, de gestoorde houding en de hiermee samengaande valneiging, komt vaak pas later in het beloop van de ziekte naar voren.1 Wij zullen aan de hand van drie ziektegeschiedenissen illustreren waarom houdingsinstabiliteit (en met name de valneiging) één van de belangrijkste problemen vormt voor patiënten met de ziekte van Parkinson.
Patiënt A, een 69 jaar oude weduwe, werd verwezen naar onze polikliniek wegens stijfheid en traagheid bij bewegen. De voorgeschiedenis vermeldde geen bijzonderheden. Bij het neurologisch onderzoek vonden wij een mimiekarm gelaat, rigiditeit van de linker arm, algehele bradykinesie en een licht voorovergebogen houding. Aanvullend laboratoriumonderzoek (inclusief de schildklierfunctie) en een…
Reacties