Samenvatting
Doel
Bepalen wat het effect van vaccinatie met geïnactiveerd influenzavaccin (IIV) bij kinderen met een chronische ziekte is op het aantal van luchtweginfecties (LWI’s) dat tijdens het influenzaseizoen bij hen voorkomt. .
Opzet
Observationeel onderzoek.
Methode
We gebruikten gegevens uit elektronische huisartsendossiers over de periode 2004-2015 van kinderen van 6 maanden tot 18 jaar die volgens de Nederlandse richtlijn in aanmerking komen voor vaccinatie met het IIV op basis van een chronische ziekte, zoals astma, hart-, long- en nierziekten of diabetes mellitus. Van ieder jaar verzamelden we informatie per patiënt over de influenzavaccinatiestatus, het aantal LWI’s, waaronder influenza, acute respiratoire infecties en astma exacerbaties, en potentiële verstorende factoren (‘confounders’). Met longitudinale data-analyses (‘generalized estimating equations’) berekenden we de relatie tussen de status van vaccinatie met IIV en het wel of niet optreden van LWI’s tijdens het influenza seizoen.
Resultaten
In totaal kwamen 11.979 kinderen (follow-up-duur: 38.701 persoonsjaren) in aanmerking voor IIV gedurende ≥ 1 seizoen en kreeg 29% van hen ≥ 1 keer een vaccinatie met IIV. Kinderen die gevaccineerd waren met IIV kwamen tijdens het influenzaseizoen net zo vaak bij de huisarts vanwege LWI’s als kinderen die IIV niet kregen (gecorrigeerde OR: 1.01; 95% betrouwbaarheidsinterval: 0.90 tot 1.13).
Conclusie
IIV vaccinatie bij kinderen met een chronische ziekte vermindert het risico op LWI’s tijdens het influenzaseizoen niet.
Reacties