Gerbrandus Jelgersma wordt in 1859 geboren te Doevere (Noord-Brabant), waar zijn vader dan predikant is. Op de HBS te Alkmaar blinkt hij allerminst uit, door zijn dromerige en wat eenzelvige aard. Hij studeert geneeskunde te Amsterdam, waar hij bevriend raakt met de latere schrijvers Van Eeden en Gorter.1 Zijn belangstelling voor het zenuwstelsel leidt in 1884 tot een aanstelling als prosector aan het krankzinnigengesticht Meerenberg te Santpoort. Daar maakt hij zich technieken eigen voor het vervaardigen en kleuren van microscopische hersencoupes van mens en dier. Zijn zoektocht naar een verband tussen structuur en functie leidt tot vele artikelen, ook in het Tijdschrift; zo postuleert hij een cerebro-cerebellair coördinatiesysteem, voor zowel intellectuele als motorische functies.
In 1894 wordt hij geneesheer-directeur van het Sanatorium voor Zenuwlijders ‘De Vogel- en Plantentuin’ te Velp, waar hij zijn neuroanatomisch werk voortzet. Rond dezelfde tijd wordt hij privaatdocent in de gerechtelijke psychiatrie te Amsterdam…
Reacties