Samenvatting
Doel
Onderzoeken of integrale zorg voor patiënten met atriumfibrilleren (AF) veilig vanuit de huisartspraktijk kan worden georganiseerd.
Opzet
Cluster-gerandomiseerd, pragmatisch ‘non-inferiority’-onderzoek.
Methode
Huisartspraktijken werden gerandomiseerd tussen het leveren van integrale zorg en het leveren van reguliere zorg. Patiënten met AF ≥ 65 jaar werden geïncludeerd. De interventie bestond uit: (a) kwartaalcontroles door getrainde praktijkondersteuners, onder andere gericht op de behandeling van comorbiditeit; (b) controle van de INR-waarden in de huisartspraktijk; en (c) nauwe samenwerking met cardiologen en trombosediensten. De primaire uitkomstmaat was algehele sterfte. Secundaire uitkomstmaten waren de sterfte en het aantal ziekenhuisopnames door een cardiovasculaire of niet-cardiovasculaire oorzaak, het aantal ‘major adverse cardiac events’, herseninfarcten en ernstige of niet-ernstige bloedingen, en kwaliteit van leven (Nederlands Trialregister NL5407).
Resultaten
In totaal werd in 15 huisartspraktijken integrale zorg en in 11 praktijken reguliere zorg geleverd. In de interventiegroep gaven 527 van de 941 patiënten met AF toestemming om aan de interventie deel te nemen. Deze 527 patiënten werden vergeleken met 713 patiënten met AF uit de controlepraktijken. De mediane leeftijd van alle deelnemers was 77 jaar (interkwartielafstand: 72-83). Na een follow-upperiode van 2 jaar was 7,4% van de patiënten in de interventiegroep overleden, vergeleken met 13,5% in de controlegroep (voor leeftijd, geslacht en kwetsbaarheid gecorrigeerde hazardratio: 0,55; 95%-BI: 0,37-0,82). Voor de secundaire uitkomstmaten werden geen statistisch significante verschillen geobserveerd tussen de groepen.
Conclusie
Dit onderzoek laat zien dat integrale zorg voor oudere patiënten met AF veilig vanuit de huisartspraktijk kan worden georganiseerd en kan leiden tot 45% minder sterfte, vergeleken met reguliere zorg.
Reacties