Incidentie van kanker bij mensen met een verstandelijke handicap; mogelijk verhoogd risico op slokdarmkanker

Prompted by a British study which revealed a raised frequency of oesophageal cancer as the cause of death among the mentally handicapped, a study was made of the cancer incidence among an institutionalized population with a mental handicap, which incidence was compared with that among the population in general.

Design

Retrospective follow-up study.

Methods

An inventory was made of the cytologically or histologically confirmed cancer diagnoses among persons living in an institute for the mentally handicapped during 1 January 1974 through 1 January 1994 (n = 1020). The incidence figures were compared with those for the general population (Netherlands Cancer Registration 1989) after indirect standardization.

Results

The total cancer risk among the population with a mental handicap was the same as that among the general population where women, and lower where men were concerned. This study brought to light a decreased risk of lung cancer (standardized morbidity rate (SMR): 0.33; 95 confidence interval: 0.33-0.97), while the SMR of oesophageal cancer showed no statistically significant increase.

Conclusion

Cancer is not more frequent among the mentally handicapped than among the general population. Nevertheless, increased attention for occurrence of oesophageal cancer appears to be still indicated.

Samenvatting

Doel

Naar aanleiding van een verhoogde frequentie van slokdarmkanker als doodsoorzaak in een Engels onderzoek bij verstandelijk gehandicapten,4 werd de kankerincidentie in een geïnstitutionaliseerde populatie met een verstandelijke handicap onderzocht en vergeleken met de incidentie in de algemene bevolking.

Opzet

Retrospectief follow-uponderzoek.

Methoden

Cytologisch of histologisch bevestigde kankerdiagnosen werden geïnventariseerd bij bewoners van een instelling voor verstandelijk gehandicapten tussen 1 januari 1974 en 1 januari 1994 (n = 1020). De incidentiecijfers werden vergeleken met die voor de algemene bevolking (Nederlandse Kanker Registratie 1989) na indirecte standaardisatie.

Resultaten

Het totale kankerrisico in de populatie met een verstandelijke handicap was bij vrouwen gelijk aan dat in de algemene bevolking en bij mannen verlaagd. In dit onderzoek is een verlaagd risico op longkanker vastgesteld (‘standardized morbidity ratio’ (SMR): 0,33; 95-betrouwbaarheidsinterval: 0,33-0,97), terwijl de SMR van slokdarmkanker statistisch niet significant verhoogd was.

Conclusie

Kanker kwam bij verstandelijk gehandicapten niet vaker voor dan in de algemene bevolking. Verhoogde aandacht voor het optreden van slokdarmkanker lijkt echter nog op zijn plaats.