Samenvatting
Doel
Evaluatie van de eerste ervaringen met HA-1A bij patiënten met het sepsissyndroom.
Opzet
Descriptief.
Plaats
Academisch Medisch Centrum, afdeling Intensive Care, Amsterdam.
Patiënten en methoden
Intensive care-patiënten met het sepsissyndroom en shock of orgaanfalen bij wie een infectie door Gram-negatieve bacteriën werd vermoed, kwamen in aanmerking voor therapie met HA-1A. De behandelingsresultaten werden vergeleken met die van het dubbelblinde, gerandomiseerde HA-1A-onderzoek van Ziegler et al.
Resultaten
Van mei 1991-maart 1992 werden 27 patiënten met HA-1A behandeld. De sterfte was 59 (1627). In de groep van 11 patiënten met een bewezen Gram-negatieve bacteriëmie overleden 7 patiënten, een grotere fractie dan in het Ziegleronderzoek (30). In vergelijking met het Ziegler-onderzoek waren onze patiënten aanzienlijk zieker: de gemiddelde APACHE-II-score was hoger, 93 van de patiënten was in shock en 85 had orgaanfalen. Een grotere groep (52) had een intra-abdominale infectiebron en de sterfte in deze groep was zeer hoog (1114). Ook was bij patiënten met een Gram-negatieve bacteriëmie het interval tussen het begin van het sepsissyndroom en de toediening van HA-1A langer (mediaan 22 versus 14,3 h in het Ziegler-onderzoek, gemiddelde 30 versus 20 h).
Conclusie
Toediening van HA-1A lijkt niet zinvol bij ernstig zieke patiënten met een lang bestaand sepsissyndroom, vooral niet als er sprake is van een intra-abdominale infectiebron. Vooralsnog wordt HA-1A niet meer toegepast omdat aanvullende objectieve inclusiecriteria nodig zijn om de patiëntengroep te kunnen identificeren die potentieel baat heeft bij toediening van HA-1A.
Reacties