Immunologie in de medische praktijk. XVII. Immunotherapie bij het gemetastaseerde niercelcarcinoom

Klinische praktijk
C.M.L. van Herpen
P.H.M. de Mulder
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1998;142:2613-8
Abstract

Samenvatting

- Het gemetastaseerde niercelcarcinoom heeft een slechte prognose.

- De effectiviteit van immunotherapie, met onder andere interferon alfa (IFN-α), interleukine-2 (IL-2; aldesleukine) of de combinatie van beide is uitgebreid onderzocht. Het beste behandelingsschema is niet bekend.

- Op basis van 3 prognostische factoren, te weten ‘performance status’ volgens criteria van de Wereldgezondheidsorganisatie, tijd tussen initiële diagnose en de start van de behandeling voor metastasen, en het aantal orgaanlokalisaties, zijn patiënten in te delen in prognostische groepen.

- Alleen bij patiënten die geclassificeerd zijn in de prognostisch gunstige of intermediaire groep kan men immunotherapie overwegen, omdat zij een langere overlevingsduur kunnen krijgen. Patiënten met slechte prognostische kenmerken zullen van geen enkele systemische therapie voordeel hebben.

Auteursinformatie

Academisch Ziekenhuis, afd. Medische Oncologie, Postbus 9101, 6500 HB Nijmegen.

Mw.C.M.L.van Herpen en prof.dr.P.H.M.de Mulder, internisten.

Contact mw.C.M.L.van Herpen

Verantwoording

Mede namens de Werkgroep Immunotherapie Nederland-Oncologie, waarvan de samenstelling aan het eind van dit artikel wordt genoemd.

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties