Samenvatting
Door het vergelijken van gegevens uit de HIV-confirmatielaboratoria kon worden vastgesteld dat in de periode voorafgaand aan februari 1991 bij ten minste 18 personen in Nederland een HIV-2-infectie werd aangetoond. Op grond hiervan wordt het gebruik van gecombineerde HIV-1-2-tests dringend aanbevolen voor screeningonderzoek op diagnostische en bloedbanklaboratoria in Nederland. Vermoeden van de aanwezigheid van HIV-2-antistoffen kan ontstaan bij de interpretatie van een gecombineerde HIV-1-2-ELISA, een specifieke HIV-1-ELISA en het patroon van de HIV-1-western immunoblot. Bevestiging van de aanwezigheid van HIV-2-antistoffen hoort te geschieden met behulp van western blots van virale lysaten van zowel HIV-1 als HIV-2 en peptidentests uit het transmembraangebied.
De meeste personen met een HIV-2-infectie waren afkomstig uit Afrika ten zuiden van de Sahara of de Kaapverdische Eilanden of hadden een seksuele relatie gehad met iemand uit deze gebieden. De overgrote meerderheid was heteroseksueel en 13 van de 18 geïnfecteerden waren vrouwen. Dit wijkt sterk af van het epidemiologische beeld van HIV-1-infecties in Nederland. Met een verdere verspreiding van HIV-2 in Nederland via heteroseksueel contact moet ernstig rekening worden gehouden.
Reacties