Het therapeutische beleid bij schistosomiasis als importziekte in Nederland

Opinie
P.C. Stuiver
S.J. Smith
A.M. Polderman
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1989;133:153-4

Zie ook de artikelen op bl. 154 en 167.

De ontwikkeling van een betrouwbare serodiagnostiek en de introductie van het nieuwe schistosomicide middel praziquantel maken het noodzakelijk het tot nu toe gevolgde therapeutische beleid bij schistosomiasis als importziekte in Nederland te herzien. Dit is des te actueler nu de samenstelling van de patiëntengroep met schistosomiasis de laatste jaren drastisch is veranderd.1 Waren het voorheen Surinamers van Hindoestaanse origine met matige tot zware chronische infecties door Schistosoma mansoni, de laatste jaren worden steeds meer Nederlanders met (sub)acute en lichte infecties gezien, veroorzaakt door hetzij S. mansoni, hetzij door S. haemàtobium.2

Tot voor kort was de uitkomst van het parasitologische onderzoek bepalend bij de beslissing of een patiënt met een Schistosoma-infectie moest worden behandeld; met andere woorden, men paste alleen behandeling toe indien levende eieren konden worden aangetoond. Een dilemma deed zich voor wanneer het parasitologische onderzoek negatief, maar…

Auteursinformatie

Havenziekenhuis, Rotterdam.

Prof.dr.P.C.Stuiver, internist.

Gemeentelijk Ziekenhuis Leyenburgh, 's-Gravenhage.

Dr.S.J.Smith, internist.

Rijksuniversiteit, Lab. voor Parasitologie, Postbus 9605, 2300 RC Leiden.

Dr.A.M.Polderman, parasitoloog.

Contact dr.A.M.Polderman

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties