Het sinus-cavernosussyndroom

Klinische praktijk
J.J. van Overbeeke
R.H.M.A. Bartels
J.M. Pieters
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2000;144:156-60
Abstract

Samenvatting

- Het ontbreekt aan een duidelijke beschrijving en klinische interpretatie van het sinus-cavernosussyndroom.

- Pathologische veranderingen in of rondom de sinus cavernosus kunnen leiden tot uitval van één of meerdere oogspierzenuwen en één of meerdere takken van de N. trigeminus.

- De klinische verschijnselen van het sinus-cavernosussyndroom bestaan uit combinaties van uitval van deze kopzenuwen, eventueel in combinatie met een exoftalmus.

- Omdat meerdere zenuwen geheel dan wel partieel kunnen zijn aangedaan, kent het sinus-cavernosussyndroom geen klinische uniformiteit en is het vaak onduidelijk wat met dit syndroom wordt bedoeld.

- In een voorstel tot een neurotopografische classificatie worden de vele variabele klinische beelden behorend tot het klassieke sinus-cavernosussyndroom onderverdeeld in 3 syndromen: het fissura-orbitalis-superiorsyndroom, het syndroom van de laterale wand van de sinus cavernosus, en het centrale sinus-cavernosussyndroom.

Auteursinformatie

Academisch Ziekenhuis St. Radboud, afd. Neurochirurgie, Postbus 9101, 6500 HB Nijmegen.

Prof.dr.J.J.van Overbeeke en R.H.M.A.Bartels, neurochirurgen; J.M. Pieters, assistent-geneeskundige.

Contact prof.dr.J.J.van Overbeeke

Verbeteringen
Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties