Het mes in de ureumbepaling

Onderzoek
H.J.M. van Rijn
R.J. Hené
A. Struyvenberg
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1990;134:1177-9
Abstract

Samenvatting

Wanneer de arts informatie nodig heeft over de nierfunctie, wordt naast de bepaling van het creatininegehalte vaak ook die van het ureumgehalte aangevraagd. De ureumconcentratie in het bloed is echter geen goede maat voor de glomerulaire filtratiesnelheid. De ureumbepaling draagt derhalve in het algemeen niet bij tot de oplossing van het klinische probleem en is onnodig kostenverhogend.

Er werd onderzoek verricht naar het nut van routinematige ureumbepalingen, ongeveer 2500 per maand, in een groot ziekenhuis. Het bleek, dat de ureumbepaling zelden van belang was voor het stellen van de diagnose. De conclusie luidt dat, als onderdeel van het streven naar vermindering van de kosten van de gezondheidszorg, de ureumbepaling slechts selectief zou dienen te worden aangevraagd.

Auteursinformatie

Academisch Ziekenhuis, Heidelberglaan 100, 3584 CX Utrecht.

Afd. Klinische Chemie: dr.H.J.M.van Rijn, klinisch chemicus.

Afd. Nierziekten en Hypertensie: dr.R.J.Hené, internist.

Afd. Interne Geneeskunde: prof.dr.A.Struyvenberg, internist.

Contact dr.H.J.M.van Rijn

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties