Samenvatting
Doel
Inventariseren van de eerste resultaten in Nederland van percutane transveneuze sluiting van een atriumseptumdefect type II (ASD II) bij kinderen met de Amplatzer Septal Occluder(ASO)-prothese.
Opzet
Prospectief.
Methode
Gegevens werden verzameld van kinderen met een ASD II bij wie tijdens hartkatheterisatie een ASO-prothese werd geplaatst: voorafgaande, tijdens en tot 24 maanden na de ingreep, in het Leids Universitair Medisch Centrum.
Resultaten
In de periode tussen 1 januari 1998 en 29 februari 2000 ondergingen 28 patiënten (12 meisjes, 16 jongens; gemiddelde leeftijd: 74 (uitersten: 15-198) maanden) een hartkatheterisatie met de bedoeling een ASD II met een ASO-prothese te sluiten. Bij 26 patiënten werd een ASO-prothese geplaatst zonder belangrijke complicaties. De ASO-maat varieerde van 9-34 mm (mediaan: 16). Bij 1 patiënt werd van plaatsing afgezien nadat tijdens de procedure was gebleken dat er meerdere atriumseptumdefecten waren. Bij 1 patiënt werd de procedure afgebroken vanwege een luchtembolie in de kransslagaders tijdens voorbereiding van ASO-plaatsing. Na 24 uur bleek geen restdefect meer aanwezig bij 23 van de 26 patiënten bij wie een ASO-prothese geplaatst werd. Eén patiënt bij wie na 24 uur en na 3 weken het defect gesloten bleek, nam niet deel aan follow-up wegens terugkeer naar het buitenland. Na 1 jaar was bij geen van de patiënten (n = 22) een restdefect aantoonbaar.
Conclusie
Percutane transveneuze ASD-II-sluiting met een ASO-prothese was goed mogelijk, had geen belangrijke complicaties en een hoog succespercentage, ook bij kleine kinderen met een relatief groot defect.
Reacties