Het nut van vitamine D staat de afgelopen jaren stevig ter discussie. Zo zijn er claims dat vitamine D niet alleen de botgezondheid bevordert, maar ook een heilzame werking heeft bij aandoeningen als kanker, diabetes mellitus en hart- en vaatziekten. Maar hoe hard zijn de bewijzen hiervoor? En moet mensen die mogelijk een risico op een tekort lopen worden aangeraden voor de zekerheid extra vitamine D te slikken, of is dat niet nodig?
In het advies ‘Evaluatie van de voedingsnormen voor vitamine D’ zet een commissie van deskundigen van de Gezondheidsraad de stand van wetenschap over vitamine D op een rij.1 De commissie leidt vervolgens nieuwe voedingsnormen af en formuleert adviezen over welke groepen mensen baat hebben bij inname van extra vitamine D. Dat maakt het advies relevant voor uiteenlopende beroepsgroepen: kinderartsen, jeugdartsen, huisartsen, gynaecologen, internisten, geriaters, klinisch chemici, apothekers en diëtisten.
Deze afleiding van voedingsnormen heeft een preventieve…
Reacties