In Nederland voelt 4-7% van de volwassenen zich aangetrokken tot iemand van hetzelfde geslacht, en 1 op de 15 volwassenen noemt zichzelf lesbisch, homoseksueel of biseksueel (LHB).1 Het wordt steeds duidelijker dat seksuele oriëntatie iemands gezondheid mede bepaalt. Jonge en volwassen LHB’ers hebben gezondheidsproblemen rond specifieke thema’s die vaak niet of onvoldoende opgemerkt worden in de zorg, met als gevolg ongelijkheid in gezondheid. Angst voor stereotypering en stigmatisering weerhoudt menig LHB’er om open te zijn en leidt zelfs tot het mijden van zorg. Dit is volgens sommigen het grootste LHB-gerelateerde thema.2 Ook in onderzoeken zijn LHB’ers nog vaak een weinig zichtbare groep.
Om ongelijkheid in gezondheid door seksuele oriëntatie tegen te gaan wordt in Groot-Brittannië op grond van de ‘Equality Act’ van artsen verlangd dat ze patiënten standaard vragen naar hun seksuele oriëntatie. Dat geldt zowel in de patiëntenzorg als in een onderzoekssetting: ‘If you don’t count them…
Reacties