De farmacotherapeutische problemen die men in de geriatrische praktijk tegenkomt, komen hoofdzakelijk voor bij geneesmiddelen die vaak worden gebruikt, maar die men op grond van hun farmacokinetische eigenschappen, hun potentie, dan wel hun bijwerkingenpatroon kan onderkennen als ‘probleemgeneesmiddelen’. Zo heeft digoxine veel problemen opgeleverd, maar door het teruglopend gebruik ervan zullen deze wel in aantal afnemen. Een selectiever gebruik van bloeddrukverlagende geneesmiddelen en psychofarmaca kan veel ellende voorkomen. De toenemende feitenkennis betreffende het gedrag en de bijwerkingen van geneesmiddelen leidt tot betere indicatiestelling en betere aanpassing van doseringen aan veranderde orgaanfuncties. Geriatrie en klinische farmacologie kunnen veel van elkaar leren…
Geneesmiddelen en bejaarden; recente vorderingen in de geriatrische klinische farmacologie
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1989;133:2315-20
Aanvaard op
Ned Tijdschr Geneeskd. 1989;133:2315-20
Vakgebied
Reacties