Geen vrijdagmiddagpiek in de patiëntenstroom naar de afdeling Spoedeisende Hulp van Ziekenhuis De Weezenlanden te Zwolle, mei/juni 1997

To determine how the influx of patients in an emergency room (ER) is spread over the week and what factors play a part.

Design

Prospective.

Method

The ER contacts in the De Weezenlanden Hospital of Zwolle, the Netherlands, were recorded on standardized forms during the period 1 May-14 June 1997 (6 weeks).

Results

1995 ER contacts were recorded: 47 were referred by the GP and 8 by the municipal ambulance service, while 45 came at their own initiative. Injuries to the locomotor apparatus and wounds accounted for at least 50 of all contacts and were more frequent among patients attending at their own initiative (73) or delivered by the ambulance service (49) than among those referred by the GP (31). Patients with various diseases, on the other hand, were mostly referred by the GPs (62). 76 of all contacts occurred between 8 a.m. and 8 p.m. There was no Friday afternoon peak. The differences between the number of contacts during the week and in the weekend were not significant. Of the patients referred by the GP or delivered by the ambulance service more than half were admitted to the hospital, as against 18 of the patients attending at their own initiative.

Conclusion

In the ER examined there were not more new patients on the Friday afternoon than during the rest of the week.

Samenvatting

Doel

Nagaan hoe de patiëntenstromen op een afdeling voor spoedeisende hulp (SEH) over de de week verspreid zijn en welke factoren hierbij een rol spelen.

Opzet

Prospectief.

Methode

In Ziekenhuis De Weezenlanden te Zwolle werden de contacten met de SEH gedurende de periode 1 mei-14 juni 1997 (6 weken) geregistreerd op gestandaardiseerde formulieren.

Resultaten

Er werden 1995 contacten SEH geregistreerd: 47 op verwijzing van de huisarts; 8 door de ambulancedienst van de GGD; 45 op eigen initiatief. Traumata van het bewegingsapparaat en verwondingen vormden tenminste de helft van alle contacten, en kwamen vaker voor onder de patiënten die op eigen initiatief kwamen (73) of door de ambulancedienst werden binnengebracht (49) dan onder degenen die door de huisarts werden verwezen (31). Patiënten met diverse ziekten werden daarentegen vooral door de huisartsen (62) verwezen. Van alle contacten vond 76 plaats tussen 8 uur 's morgens en 8 uur 's avonds. Er was geen top op de vrijdagmiddag. De verschillen tussen het aantal contacten gedurende de week en in het weekeinde waren niet significant. Van de verwezen of door de ambulancedienst van de GGD gebrachte patiënten werd ruim de helft in het ziekenhuis opgenomen, versus 18 van de patiënten die op eigen initiatief kwamen.