Functioneren, comorbiditeit en behandeling van 141 volwassenen met aandachtstekort-hyperactiviteitstoornis (ADHD) op een algemene polikliniek Psychiatrie

To describe the functioning, comorbidity and treatment of adults with attention deficit hyperactivity disorder (ADHD).

Design

Retrospective.

Method

In the period 1 May 1995 to 31 January 1998, 141 patients aged 18-54 were diagnosed with ADHD at the Delfland Psychiatric Outpatients’ Department, Delft, the Netherlands. For all of these patients, data concerning the functioning, comorbidity, and the response to treatment with clonidine (n = 34) or methylphenidate (n = 99), were collected from anamneses, hetero-anamneses and school reports.

Results

The most frequent complaints were: mood-swings, rage-outbursts, sensation-seeking behaviour, sleeping disorders, anxiety and depressive symptoms. In 94 (n = 123) of the cases, childhood onset of ADHD symptoms was confirmed by a family member. The distribution of ADHD subtypes was comparable to the distribution in children. Psychiatric comorbidity was common. Treatment with methylphenidate was more effective and better tolerated than treatment with clonidine.

Conclusion

With respect to ADHD subtypes, patterns of comorbidity and effectiveness of medication, ADHD in the adults studied was comparable with what is known about ADHD in children.

Samenvatting

Doel

Beschrijven van het functioneren, de comorbiditeit en de behandeling van volwassenen met aandachtstekort-hyperactiviteitstoornis (ADHD).

Opzet

Retrospectief.

Methode

Van alle 141 patiënten van 18-54 jaar bij wie in de periode 1 mei 1995-31 januari 1998 op de polikliniek Psychiatrie van GGZ Delfland te Delft ADHD was gediagnosticeerd, werden aan de hand van anamnese, heteroanamnese en schoolrapporten gegevens verzameld betreffende het functioneren, de comorbiditeit en de reactie op behandeling met clonidine (n = 34) of methylfenidaat (n = 99).

Resultaten

De meest voorkomende klachten waren: stemmingswisselingen, woedebuien, sensatielust, slaapstoornissen, angst en depressieve symptomen. ADHD-symptomen in de kindertijd werden door 94 van de 123 ondervraagde familieleden bevestigd. De verdeling in subtypen van ADHD was vergelijkbaar met die bij kinderen. Psychiatrische comorbiditeit was eerder regel dan uitzondering. Behandeling met methylfenidaat bleek effectiever en werd beter verdragen dan behandeling met clonidine.

Conclusie

ADHD bij de onderzochte volwassenen was wat betreft verdeling in subtypen, patroon van comorbiditeit en reactie op medicatie vergelijkbaar met hetgeen bij kinderen bekend is.