Endo-urologische drainage bij urineafvloedbelemmering door kanker

To determine indications and results of endourological upper urinary tract drainage in patients with obstruction due to malignancy.

Design

Retrospective.

Setting

University Hospital Groningen.

Method

In the period 1987-1992, 57 patients with upper urinary tract obstruction due to cancer were treated primarily with a double-J stent (n = 21) or a percutaneous nephrostomy (n = 36, later replaced by a double-J stent in 13).

Results

Indications were: severe renal failure following bilateral ureteral obstruction due to malignancy (n = 17), or unknown cause (n = 19), to optimise a compromised kidney function before chemotherapy (n = 7), to resolve pain caused by unilateral obstruction (n = 10), or other (n = 4). The tumours originated most often in the cervix uteri, followed by the urinary bladder, the prostate and the corpus uteri. Minor complications occurred in 34 of the 57 patients (60): transient haematuria (22 x), urgency caused by the distal tip of the double-J catheter (8 x), dislocation (17 x) or obstruction (6 x) of the nephrostomy catheter. Major complications were observed in 5 patients with a double-J stent: sepsis (1 x), catheter break 1I x), ureteral perforation (2 x) and fistulisation between the ureter and iliac artery (1 x). Survival after drainage varied from several days to 8 years (mean 23 months). In 5 patients treated with drainage only to prolong survival, survival was 0.5-16 months (mean 7.3).

Conclusion

Endourological drainage may be applied to patients with localised disease, in whom further therapy holds the promise of prolonged survival. However, in view of the low complication rate, selected patients who are on a palliative course and still have rapidly progressive disease can also benefit from extended life-time after endourological drainage.

Samenvatting

Doel

Indicaties en resultaten vaststellen van endo-urologische drainage bij patiënten met afvloedbelemmering van de hoge urinewegen door kanker.

Opzet

Retrospectief.

Plaats

Academisch Ziekenhuis Groningen.

Methode

In de periode 1987-1992 werd bij 57 kankerpatiënten een inwendige dubbel-J-uretercatheter (n = 21) of een percutane nefrostomiecatheter (n = 36, later vervangen door een dubbele-J-catheter bij 13) geplaatst.

Resultaten

De indicaties waren: ernstige nierinsufficiëntie door dubbelzijdige afvloedbelemmering bij een bekende (n = 17) of onbekende (n = 19) maligniteit, verbeteren van gestoorde nierfunctie bij eenzijdige afvloedbelemmering bij voorgestelde chemotherapie (n = 7), flankpijn bij eenzijdige afvloedbelemmering (n = 10), andere indicatie (n = 4).

De frequentste primaire tumorlokalisatie was cervix uteri, gevolgd door urineblaas, prostaat en corpus uteri. Bij 34 patiënten (60) traden eenvoudig te verhelpen problemen op: hematurie (22 maal), pollakisurie door irritatie van de blaasbodem door de dubbele-J-catheter (8 maal), en dislocatie (17 maal) of verstopping (6 maal) van de nefrostomiecatheter. Bij 5 van de 34 patiënten met een dubbele-J-catheter traden ernstige complicaties op: urosepsis (1), inwendige catheterbreuk (1), fisteling (1) en ureterperforatie (2).

De overlevingsduur bedroeg enkele dagen tot 8 jaar (gemiddeld 23 maanden). De overlevingsduur van de 5 patiënten voor wie adjuvante therapie geen zin meer had, bedroeg gemiddeld 7 maanden (uitersten: 0,5-16).

Conclusie

Endo-urologische drainage lijkt vooral van waarde voor kankerpatiënten die het vooruitzicht hebben op curatie of langdurige overleving door aanvullende therapie. Bij patiënten bij wie geen verdere behandeling meer mogelijk is, kan een verlenging van de levensduur worden nagestreefd.