Samenvatting
Doel
Het onderzoeken van de relatie tussen de circulerende influenza A-virustypes en influenza B-lijnen, de ‘match’ hiervan met het vaccin en de effectiviteit van het influenzavaccin (‘influenza vaccine effectiveness’, IVE).
Opzet
Test-negatief patiënt-controleonderzoek.
Methode
We maakten gebruik van gegevens van de peilstations van NIVEL Zorgregistraties Eerste Lijn. Huisartsen die deelnemen aan de peilstations nemen neus- en keelmonsters af voor virologisch onderzoek bij patiënten met een influenza-achtig ziektebeeld of een andere acute respiratoire infectie. ‘Patiënten’ (‘cases’) waren degenen bij wie het monster positief was voor influenzavirus en controles waren degenen bij wie het monster negatief was voor influenzavirus. We bepaalden de IVE in 11 influenzaseizoenen (2003/2004-2013/2014), van alle seizoenen samen, en gestratificeerd naar influenzavirustype en naar vaccinmatch of -mismatch.
Resultaten
De IVE over alle seizoenen was 29% (95%-BI: 11-43). In 7 van de 11 seizoenen was er een mismatch tussen vaccin en circulerend virustype. De IVE was 40% (95%-BI: 18-56) voor de seizoenen waarin er een vaccinmatch was en 20% (95%-BI: -5-38) voor de seizoenen met een mismatch. Wanneer het influenza A/H3N2-virus domineerde was de IVE 38% (95%-BI: 14-55). De IVE tegen influenza A/H1N1- en A/H1N1/pdm09-virus en tegen beide influenza B-viruslijnen was respectievelijk 77% (95%-BI: 37-92), 47% (95%-BI: 22-64) en 64% (95%-BI: 50-74).
Conclusie
De IVE was vooral laag wanneer er een mismatch was tussen het vaccin en het circulerende virustype en wanneer A/H3N2 het dominante influenzasubtype was.
Reacties